In de tweede helft van de twintigste eeuw veranderde de traditionele veearts in een veelzijdige dierenarts. Dit rijk geïllustreerde boek biedt via verrassende en persoonlijke verhalen een uniek beeld van de veranderingen binnen de
Nederlandse veterinaire wereld en de relatie tussen dierenartsen en hun patiënten.
Op basis van circa 120 gesprekken met dierenartsen uit de periode 1950-1985 wordt duidelijk hoe sociaaleconomische, politieke en technologische
veranderingen het beroep beïnvloedden. De nadruk verschoof van veehouderij naar bredere diergezondheid, volksgezondheid en dierenwelzijn. De zorg voor
ezelschapsdieren, sport- en recreatiepaarden nam sterk toe. Tegelijkertijd groeide het aantal studenten diergeneeskunde, waaronder steeds meer vrouwen.