Nadat de Reformatie in ons land voet aan de grond had gekregen, werden de kerken gezuiverd van alles wat aan de katholieke eredienst herinnerde. Dat is althans het gangbare beeld. Aan de hand van tal van voorbeelden uit oude
stads- en dorpskerken laten de auteurs zien dat toch veel middeleeuwse interieuronderdelen (preekstoelen, koorhekken en orgels) gehandhaafd zijn en dat nieuwe (doophekken, pilaarbanken en tekstborden) eraan zijn toegevoegd. Ook staan de auteurs stil bij verwijderde onderdelen die later weer zijn teruggebracht, zoals doopvonten, muurschilderingen en nissen. Met speciale
aandacht voor het vroegste protestantse zilveren avondmaalsgerei biedt Het kerkinterieur op de schop een fraai overzicht van de interieurs van protestantse kerken en het gebruik ervan – met een nadruk op de periode van 1572 tot halverwege de zeventiende eeuw.