In april 1676, tijdens de Frans-Nederlandse oorlog (1672-1679), voer de Nederlandse luitenant-admiraal-generaal Michiel Adriaenszoon de Ruyter met zijn gecombineerde Nederlands-Spaanse vloot langs de kust van Sicilië, en speurde naar Franse oorlogsschepen. De Fransen probeerden daar, ten koste
van de Spanjaarden, belangrijke handelsprivileges af te dwingen. De Ruyter was namens de Staten-Generaal van de Republiek der Nederlanden aanwezig om de Spaanse bezittingen ter plekke te verdedigen. De Nederlandse hulp aan de Spanjaarden vloeide gedeeltelijk voort uit de Vrede van Westminster (1674) tussen de Republiek en Engeland en was nodig omdat Nederlandse handelsbelangen op het spel stonden. Frankrijk, tot dan toe de bondgenoot van
Engeland, weigerde de Vrede van Westminster te erkennen en besloot door te vechten. Op 27 april 1676, ter hoogte van Sicilië, mondde de situatie uit in de slag bij de Etna. De uiterst ervaren luitenant-admiraal-generaal Michiel
Adriaensz. de Ruyter trad in het strijdperk tegen de gewiekste Franse luitenant-admiraal Abraham Duquesne.
Dit boek beschrijft het verhaal van de aanloop tot deze korte en hevige zeeslag en de gebeurtenissen daarna. Dit jaar is het 350 jaar geleden dat Michiel de Ruyter zijn laatste grote daad verrichtte en ten onder ging. 1676. Het laatste levensjaar van Michiel Adriaenszoon de Ruyter eert in dit herdenkingsjaar de levensloop van deze markante en voorname zeeheld, die vele malen in
smetteloze luister uitblonk.